De transitie naar zero-emissie binnenvaart: Hoe tot een businesscase te komen?

gepubliceerd: 02-11-2020

De aanpak van het probleem van de klimaatverandering is zowel nationaal als internationaal een politieke prioriteit. Het Akkoord van Parijs, dat tot doel heeft het tempo van de klimaatverandering te vertragen door de CO2-uitstoot te verminderen, is zonder meer een van de belangrijkste onderdelen ervan. Ook de transportministers van de lidstaten van de Centrale Commissie voor de Rijnvaart (Duitsland, België, Frankrijk, Nederland, Zwitserland) hebben in de Verklaring van Mannheim uit 2018 de doelstelling om de broeikasgassen en andere luchtverontreinigende stoffen tegen 2050 grotendeels te elimineren, opnieuw bevestigd. Daarom is door een groot consortium, bestaande uit onder andere Panteia, een omvangrijke studie uitgevoerd naar de financieringsbehoeften van de binnenvaart en de toegevoegde waarde en mogelijke structuur van een nieuw op te zetten financieringsinstrument voor de binnenvaart.

De volgende belangrijke onderzoeksvragen kwamen in de studie aan bod:

  1. Wat zijn de mogelijke triggers en financiële drijfveren om een positieve investeringsbeslissing van reders mogelijk te maken om te investeren in technologieën die bijdragen tot nul-emissieprestaties?
  2. Wat kunnen we leren van andere vervoerswijzen?
  3. Welke vergroeningstechnieken passen in de nul-emissieontwikkeling van de binnenvaart en wat zijn de effecten?
  4. Wat is het potentieel van pay-per-use en leasingregelingen voor de binnenvaartmarkt?
  5. Wat is het potentieel van gezamenlijke aanbestedingen?
  6. Wat kan worden verwacht van nationale en Europese programma's en producten die financiering bieden?
  7. Wat is het potentieel voor regelingen waarbij de vervuiler betaalt in de binnenvaart?
  8. Wat zijn de eisen en grenzen met betrekking tot gelijke concurrentievoorwaarden en een gelijk aandeel van de verschillende vervoerswijzen?
  9. Wat is de toegevoegde waarde van een nieuwe Europese financieringsregeling voor de binnenvaart en hoe zou dit kunnen werken?
  10. Welke begeleidende maatregelen en vervolgstappen zijn nodig?

Panteia was verantwoordelijk om de antwoorden te vinden voor onderzoeksvraag A. Deze gaat over triggers en financiële drijfveren van binnenvaartondernemingen die tot een positieve investeringsbeslissing leiden in zero-emissie technologieën. Uit onderzoeksvraag A bleek dat de status-quo wat betreft financiering in de binnenvaart wordt gekenmerkt door hypothecaire financiering door commerciële banken – de conventionele vorm van financiering in de binnenvaartsector– en door tijdelijke subsidieregelingen op Europees niveau of op nationaal/regionaal niveau.

Uit de resultaten van onderzoeksvraag A blijkt ook dat slechts een zeer beperkt deel van de binnenvaartsector de elektrificatie van een schip met eigen middelen kan financieren (eigen kapitaal mogelijk aangevuld met bankfinanciering). Er is een gebrek aan financiële draagkracht bij binnenvaartondernemingen en ook de business case ontbreekt om aandrijflijnen te vergroenen. Er is geen rendement op de investering tegen de huidige randvoorwaarden; het voegt alleen extra kosten toe die niet door de klant (verladers/expediteurs) worden betaald.

Op dit moment is enkel en alleen nog gekeken naar de kosten van elektrificatie van de aandrijflijn, d.w.z. het "elektrisch gereedmaken" van een schip voor toekomstige brandstofcel- en accutoepassingen. Er is geen rekening gehouden met de duurdere investeringen in de brandstofcellen en accu's zelf. Deze laatste kunnen door derden aan de binnenvaartsector worden geleverd door middel van pay-per-use-regelingen (zie onderzoeksvraag D). De elektrificatie van een schip werd gekozen als voorbeeld om de moeilijke financiële taak van een binnenvaartonderneming te illustreren. Deze moeilijkheid geldt echter ook voor andere technologieën voor de overgang naar een nul-emissie, zoals investeringen in een schone verbrandingsmotor (NRMM Stage V) in combinatie met het gebruik van hernieuwbare brandstoffen.

In dit stadium zijn de tussentijdse resultaten voor de onderzoeksvragen A en D-H beschikbaar. Het definitieve algemene onderzoeksrapport zal naar verwachting tegen de zomer van 2021 beschikbaar zijn.

 

Het CCR persbericht is hier te lezen en het rapport kan hier gedownload worden. 

Neem contact op

Heeft u vragen of wilt u meer informatie? We staan u graag te woord.

Bel ons op: 079-322 20 00