Evaluatie toelatingsprocedure buitenlandse artsen

Panteia onderzocht daarom voor het ministerie van VWS of er onnodige barrières zijn in de toelatingsprocedure voor artsen van buiten de Europese Economische Ruimte (EER). Ook werd gekeken naar praktische oplossingen voor eventuele knelpunten. Het onderzoek richtte zich hierbij op het uitvoeringsproces van de procedure en niet op de inhoudelijke vereisten die worden gesteld.

Het CIBG is verantwoordelijk voor de registratie van zorgverleners in het BIG-register. Door registratie in het BIG-register is er duidelijkheid over de bevoegdheid van een zorgverlener. Personen die hun artsdiploma hebben behaald buiten de  EER moeten, als zij in aanmerking willen komen voor inschrijving als basisarts in het BIG-register, een verklaring van vakbekwaamheid aanvragen bij het CIBG. Sinds 2005 is het afleggen van een assessment noodzakelijk  binnen deze procedure. Hierbij wordt getoetst op taalkennis en beroepsinhoudelijke kennis. Het resultaat van de assessment wordt beoordeeld door de Commissie Buitenslands  Gediplomeerden Volksgezondheid (CBGV).  deze brengt vervolgens advies uit aan de minister. Hierin staat aangegeven of de arts aan alle vereisten voldoet en er een verklaring van vakbekwaamheid kan worden afgegeven of dat een aanvullende opleiding nodig is.

Voor de erkenning van het artsspecialisme is er een aparte procedure, die wordt uitgevoerd door de Registratiecommissie Geneeskundig Specialisten (RGS) van het KNMG.

Door informatie uit bestandanalyse, interviews met betrokkenen bij de uitvoering en interviews met buitenlandse artsen die een aanvraag voor een verklaring van vakbekwaamheid hebben gedaan, is veel inzicht verkregen in de Nederlandse procedure en de wijze waarop deze wordt ervaren door de doelgroep. Tevens is gekeken naar de wijze waarop de procedure in enkele andere landen is vormgegeven. De uitgebreide conclusies en aanbevelingen van het onderzoek kunt u lezen in het rapport.