gepubliceerd: 11-10-2018
Totstandkoming complexe innovaties is geen eenvoudige zaak De totstandkoming van complexe innovaties is geen makkelijke opgave. Meer inzicht in het waarom van succes of falen van innovaties kan daarom bijdragen aan een beter beleid voor het vinden van oplossingen voor maatschappelijke problemen. In het onderzoek worden de activiteiten van deelnemers in de innovatieprojecten tot 4 typen activiteiten teruggebracht, namelijk; “strategic predevelopment”, “engineering”, “commercialization”, en “project management”. Deze typen activiteiten komen in alle projecten voor, maar er zijn grote verschillen in de mate waarin deze activiteiten plaatsvinden. De onderzoekers concluderen dat er veel verschillende type partijen nodig zijn (bedrijven, kennisinstellingen en overheden) om innovatieprojecten te laten slagen. Projecten waarin veel aandacht wordt besteed aan “strategic predevelopment” activiteiten, leiden vaker tot een succesvolle innovatie. Hierbij gaat het bijvoorbeeld om het uitvoeren van marktonderzoek en technische haalbaarheidsstudies in de beginfase van het innovatieproject. En, last but not least: Commerciële activiteiten hebben een sterk positieve invloed op een succesvolle marktintroductie van innovaties, maar blijken vaak te ontbreken.
Meer onderzoek hard nodig voor meer succesvolle innovaties De inzichten uit het huidige onderzoek en dat van 2010 nodigen uit tot meer onderzoek om zo bij te dragen aan meer en betere innovaties. Er komen diverse suggesties naar voren uit het onderzoek van de Radboud Universiteit Nijmegen. De hier onderzochte projecten zijn bijvoorbeeld niet representatief voor innovatieprojecten in het algemeen, vanwege de selectie-eisen van de subsidieverstrekker. Dit roept de vraag op of deze conclusies ook van toepassing zijn op andere innovatieprojecten. Ook is er meer onderzoek vereist naar het succes van innovatieprojecten in termen van meetbare prestatie-indicatoren, zoals omzetten en marktaandeel. Er is behoefte aan zowel meer kwantitatief onderzoek (prestaties op de langere termijn) en kwalitatief onderzoek naar samengestelde projectteams. De onderzoeksresultaten laten uiteindelijk een momentopname zien, de sets van activiteiten variëren mogelijk gedurende het verloop van het project, om dit in beeld te brengen is een longitudinale onderzoeksopzet gewenst. De inzet van middelen viel buiten het onderzoek van de Radboud Universiteit, maar vormt ook een interessant onderzoeksonderwerp.
Toelichting In het kader van Energie Transitie zijn er diverse subsidieregelingen geweest waarbij samenwerking door diverse partijen (bedrijven, kennisinstellingen en overheden) binnen innovatieprojecten een vereiste was. In 2010 zijn 189 van deze projecten op verzoek van Agentschap NL (inmiddels RVO) door Panteia, middels dossieronderzoek, onderzocht op betrokken actoren, rollen van deze actoren en ingebrachte middelen.
Onderzoekers van de Radboud Universiteit Nijmegen hebben op basis van dit onderzoek en de verzamelde data verdiepend onderzoek gedaan naar complexe innovaties voor energietransitie en de activiteiten van de projectteams. De resultaten van dit onderzoek worden binnenkort gepubliceerd in het tijdschrift “Technological Forecasting and Social Change”. Voor de Engelse tekst van het artikel, zie: http://papers.ssrn.com/sol3/papers.cfm?abstract_id=2427617
De conclusies uit het onderzoek bevatten bruikbare inzichten in de determinanten van succesvolle innovaties, en zijn van belang voor beleidsmakers en managers. Managers kunnen de inzichten gebruiken om innovaties succesvol naar de markt te brengen, terwijl het onderzoek beleidsmakers aanknopingspunten geeft voor een succesvolle selectie van aanvragen voor innovatiesubsidies.
Heeft u vragen of wilt u meer informatie? We staan u graag te woord.
Bel ons op: 079-322 20 00